Overslaan naar hoofdinhoud
zoeken
zoeken

Profielen gidssoorten voor Basiskwaliteit Natuur

Gidssoorten zijn algemene soorten die dienen als indicator voor de kwaliteit van de condities (abiotiek, inrichting en beheer) in een gebied: als de gidssoort er is, zijn de condities op het niveau van Basiskwaliteit Natuur. Een gidssoort (en de condities die deze soort nodig heeft) staat daarmee model voor een hele groep soorten. Maar het voorkomen van de soort is dus geen doel op zichzelf. Want Basiskwaliteit Natuur stuurt op een basiskwaliteit van de condities, en daarvan profiteren allerlei algemene soorten.

 

Hoe kies je gidssoorten

Gidssoorten vertegenwoordigen de condities die horen bij Basiskwaliteit Natuur van het gebied. Het is eerst nodig om te weten welke basiskwaliteit natuur (abiotiek, inrichting en beheer) bij jouw gebied past. Hoe je dit in kaart kunt brengen vind je hier. Als je weet wat er nodig is voor Basiskwaliteit Natuur in jouw gebied dan kun je gidssoorten kiezen die bij deze condities horen. Hierbij gelden twee voorwaarden:

  1. De selectie aan gidssoorten vertegenwoordigt de breedte aan condities die nodig zijn voor Basiskwaliteit Natuur in het gebied (abiotiek, inrichting en beheer)
  2. De gidssoorten kies je uit een bredere groep aan indicatorsoorten (en uit verschillende soortgroepen) die baat hebben bij dezelfde condities als de gidssoort(zie hieronder bijvoorbeeld de criteria die Amersfoort voor die keuze gebruikt). De aanwezigheid van deze soorten is dus een indicatie dat de condities (abiotiek, inrichting en beheer) op orde zijn. Dat betekent dat alle V's voor de soort voorzien zijn: voedsel, vocht, verbindingen, voortplanting, veiligheid en variatie. Daarmee krijg je de ecologische functionaliteit die minimaal nodig is. 

 

Gidssoorten als leidraad bij ruimtelijke ontwikkelingen

Gidssoorten zijn handig om als richtlijn mee te geven aan ruimtelijke ontwikkeling, zodat rekening kan worden gehouden met de landschappelijke schaal waarop deze ontwikkeling plaatsvindt.

De schaalniveaus die een gemeente kan onderscheiden zijn bijvoorbeeld:

  • Gebouw, een kantoor of een ander gebouwd element zoals een kademuur of brug
  • Straat, inclusief bermen, buurtplantsoenen en tuinen; • Wijk, inclusief parken en de groenblauwe structuur op wijkniveau
  • Stadsrand/buitengebied inclusief groene scheggen, grotere groengebieden en stedelijke verbindingszones.

Aan de twee kleinere schaalniveaus, gebouw en straat, kunnen gidssoorten worden gekoppeld waarvan de fysieke condities die ze nodig hebben relatief weinig ruimte vragen, zoals de huismus en het icarusblauwtje, een vlinder. Deze schaalniveaus zijn kenmerkend voor de stad. Andere soorten, zoals de ree en de das, hebben een groot aaneengesloten leefgebied nodig. Zij zijn daarom relevant voor Basiskwaliteit Natuur op de grotere, zelfs landschapsoverstijgende, schaalniveaus.

Handreiking: Basiskwaliteit Natuur Drenthe (2025, pdf: 34.4 MB)

Profielen van BKN-gidssoorten

De profielen van de BKN-gidssoorten bieden gemeenten praktische ondersteuning om de Basiskwaliteit Natuur te bevorderen in stedelijke en omliggende gebieden. Aan de hand van grafische beelden wordt aangegeven welke elementen (zoals verblijfplaatsen en verbinding) de soorten nodig hebben én hoe je dit kunt integreren in een ruimtelijk ontwerp. De profielen zijn bedoeld voor beleidsmakers, landschapsarchitecten en stedenbouwkundigen. Deze profielen beschrijven zo kort en beeldend mogelijk wat de gidssoorten voor de stedelijke omgeving of het buitengebied nodig hebben in hun leefgebied. Het is de bedoeling dat niet-ecologen die zich bezighouden met de inrichting van de stad, zoals landschapsarchitecten en stedenbouwkundigen, informatie vinden over hoe ze met deze gidssoorten rekening kunnen houden.

Folder: Basiskwaliteit Natuur in het Achterhoekse landschap (pdf: 532 KB)

Waarom je op condities stuurt, niet op soorten

Wie Basiskwaliteit Natuur wil realiseren, richt zich altijd op het scheppen van de goede condities voor die soorten. Als de waterhuishouding, het nutriëntengehalte, de verbindingen tussen en de grootte van stukjes natuur, de structuur van de vegetatie en het beheer ervan kloppen met de eisen die soorten in deze omgeving stellen, dan komen ze meestal vanzelf. Gidssoorten zijn een handige ‘vertaling’ van de condities voor bestuurders en bevolking (gidssoorten spreken meer tot de verbeelding) en voor ontwikkelaars en bouwers, die in de BKN-gidssoortprofielen concrete handvatten krijgen over wat er nodig is voor Basiskwaliteit Natuur. Daarmee garandeer je de ecologische functionaliteit van een groengebied, juist ook als in dat gebied nog andere functies zijn. Voor ontwikkelaars en planners is het goed te weten dat benodigde ruimte voor natuur niet (altijd) gelijk staat aan de benodigde ruimte voor groen in en om de stad. Groen heeft meerdere functies, waarvan natuur er één is. Naast de ruimte die er voor natuur nodig is, is er ook ruimte nodig voor andere functies in het groen, zoals spelen, wandelen/fietsen of sporten. Dit kan samengaan, maar is mede afhankelijk van de verstoring die de andere functies geven, de rustplekken die er voor natuur (kunnen) zijn en de mate van verbondenheid van de aanwezige of toekomstige natuur.

Gemeente Amersfoort Omgevingsprogramma Groen-Blauw 2040 (2023, pdf: 7.9 MB)

Uitgelicht: Gidssoorten in de Gemeente Amersfoort

De gemeente Amersfoort zet in op de basiskwaliteit natuur voor Amersfoort via het verbeteren van de condities voor 33 gidssoorten. Doel is dat deze soorten op basis van wat ze minimaal nodig hebben op zichzelf kunnen functioneren. Deze 33 soorten zijn kenmerkend voor de Amersfoortse landschappen en fungeren als een richtlijn voor de kwaliteit en kwantiteit van de openbare ruimte voor vier schaalniveaus.

De voorwaarden voor een soort om als gidssoort te dienen heeft Amersfoort op een rij gezet:

  1. De soort is kenmerkend voor minimaal één van de vier landschapstypen in Amersfoort
  2. De soort is toepasbaar op minimaal één van de vier schaalniveaus
  3. De soort is voldoende veeleisend ten aanzien van de basisomstandigheden in het landschap om symbool staan voor de leefcondities van meerdere algemene kenmerkende soorten van datzelfde landschap.
  4. De soort is voldoende veeleisend op ecologisch gebied, zodat hij richting geeft aan een inrichting en beheer van het gebied waar ook andere kenmerkende soorten van datzelfde landschap baat bij hebben
  5. De soort is bij voorkeur herkenbaar en aansprekend voor inwoners, ontwikkelaars en beheerders en als één van de bijna 100 herkenbare soorten opgenomen in de Stand van de natuur.
  6. De soort symboliseert met de andere gidssoorten de biodiversiteit doordat verschillende soortgroepen vertegenwoordigd zijn.

Amersfoort ligt op een bijzondere plek, waar drie verschillende landschappen samenkomen: de Utrechtse Heuvelrug, de Gelderse Vallei en het Eemland. En op het kruispunt van deze landschappen is weer een heel ander ‘landschap’ ontstaan: de stad. De gemeente heeft gidssoorten geselecteerd om de Amersfoortse natuurkwaliteit voor een bepaald landschap en schaalniveau te beschrijven. Voor elk van de Amersfoortse landschappen geldt dat er niet één soort is die model kan staan voor alle kenmerkende indicatorsoorten die horen bij dat landschap en schaalniveau. Daarom is voor het beschrijven van de totale basiskwaliteit natuur altijd een combinatie van gidssoorten nodig. Voor iedere soort is er een profiel als beschrijving van wat een soort nodig heeft om te kunnen (over)leven en welke verschillende condities nodig zijn waarvan de 33 gidssoorten en meeliftende soorten kunnen profiteren. Dit heeft de gemeente uitgewerkt in vijf elementen, de 5 V's (Verblijfplaats, Voedsel, Verbinding, Variatie en Veiligheid), die in voldoende mate op de juiste afstanden van elkaar aanwezig moeten zijn. Deze elementen zijn vertaald in eisen voor de inrichting van een gebied: de aanleg van een woonwijk of woonblok, de herinrichting van een straat, of beheer van groen en water. Welke gidssoorten relevant zijn om als uitgangspunt te nemen voor het realiseren van Basiskwaliteit Natuur bij een fysieke ontwikkeling is afhankelijk van twee factoren: 1. het landschap waarbinnen de ontwikkeling plaats vindt; 2. de omvang of het schaalniveau van de ontwikkeling

Daarom zijn de 33 gidssoorten ingedeeld in één van de vier landschapstypes en één van de vier schaalniveaus, zoals weergegeven een tabel, zie deze toelichting. De gemeente heeft dit in een deel-omgevingsprogramma vastgelegd. De uitleg van de Amersfoortste gidssoortensystematiek (als inspiratie voor gesprekken met projectontwikkelaars of bestuurders) vind je op Amersfoortse Gidssoorten | Het Groene Huis Amersfoort.

Omgevingsvisie Ede 2040

Kies de juiste gidssoorten

Om biodiversiteit te versterken werken gemeenten en provincies met gidssoorten, in somigge gevallen worden icoonsoorten gebruikt maar de betekenis is hetzelfde. Deze soorten staan model voor de condities die nodig zijn voor een gezonde natuur. Door hun leefgebiedseisen als uitgangspunt te nemen, profiteren ook vele andere soorten.

toggle

Selecteerde 33 gidssoorten die kenmerkend zijn voor vier landschappen en vier schaalniveaus, van gebouw tot stadsrand. Voor elke soort zijn infobladen beschikbaar met eisen voor inrichting en beheer.

Hier zullen de soorten worden toegevoegd 

Download
Ga naar de gidssoorten van Amersfoort
toggle

Almere biedt een leidraad met infobladen en visualisaties voor 10 soorten, zoals bijenorchis, scholekster en snoek. Deze zijn gekoppeld aan zes schaalniveaus, van groenblauwe routes tot bedrijventerreinen, inclusief concrete maatregelen voor ontwerp en beheer.

Download
Ga naar de gidssoorten van Almere
toggle

Upresenteert infobladen voor 11 soorten, waaronder huismus, egel en ijsvogel. Elk blad toont wat een soort nodig heeft en hoe je dat kunt integreren in stedelijke inrichting.

Download
Ga naar gidssoorten van Utrecht
toggle

Breda zoomt in op drie soorten – bunzing, gewone grootoorvleermuis en zelfs de mens – en geeft praktische tips om biodiversiteit en gezondheid in de stad te bevorderen.

Download
Ga naar gidssoorten Breda
toggle

Zuid Holland richt zich op 14 icoonsoorten, zoals rietorchis, argusvlinder en meervleermuis. De infobladen beschrijven maatregelen voor groenblauwe dooradering en herstel van basiskwaliteit natuur in het landelijk gebied.

Download
Ga naar gidssoorten Zuid-Holland